Hieronder leest u het uitgebreide verslag van de lezing gegeven door Shanti van Wijk op 27 mei 2019 in de Loge Den Haag van de Theosofische Vereniging Nederland.
De avond werd geopend met het zingen van de mystieke klank OM, de ‘bija mantra’ of zaadmantra, de oerbron die zich toont als energie, als macht en kracht. OM is de basis van alle klanken en we zijn meegegaan met de stroom van het Oneindige, het grote mysterie dat ten grondslag ligt aan alle manifestatie, een abstract Bewustzijn, wat wij in het westen veelal God noemen, de leidende en stuwende kracht van universeel Bewustzijn, het is het onvergankelijke, oneindige Brahman. Daarna is er de Qayatri Mantra gezongen uit de Rig Veda. Het is het verhevenste Vedische gebed. In deze mantra vragen we om inzicht en verlichting van Buddhi aan het eeuwige Licht Savitur, een andere naam voor Surya, de zon. Gevraagd werd ook dat de krachtige stralen van Savitur de aarde, de ruimte en de hemelen (bhur- bhuvah-svah) zal bekrachtigen en verlichten. Geëindigd werd met het gebed en mantra uit de Yajur Veda; OM asatoma sat gamaya OM, leidt mij van onwetendheid naar weten, van duisternis naar licht, van de dood naar onsterfelijkheid.
Waar straalt het Bewustzijn in ons? In de Mandaka Upanshad, dit is de Upanishad geschreven voor monniken en geeft een uitgebreider beschrijving over het heilige woord OM. De Mandukya Upanishad die uiteengezet werd, is zeer compact en bestaat uit 12 mantras. Echter beide geschriften zeggen: In ons hart, midden onder het borstbeen is een dimensieloos punt dat ons verbindt met het al; het stralende Brahman woont daar in de binnenste holte van het hart en beweegt zich daar, het is de grote drager van alles, want in het hart is alles geconcentreerd dat beweegt, ademt en verandert. Atman bevindt zich binnenin het hart, daar waar energiekanalen elkaar ontmoeten, het bevindt zich in de hemelse ruimte, je spirituele hart, het stralende rijk van Brahman van duisternis naar licht, van de dood naar onsterfelijkheid. Met OM shanti, shanti, shanti, OM vrede, vrede, vrede, werd er vrede gevraagd in het lichaam de geest en rondom ons, dat er geen storingen mogen zijn ten gevolge van ziekten, geestelijke moeilijkheden of uiterlijke omstandigheden.
Het teken OM
In het derde vers wordt geschreven over het eerste kwart van OM het waakbewustzijn, Vaishnavara genoemd, uiterlijk wetend en drukt zich uit in de stof, de stoffelijke wereld. Het is de wereld van de zintuigen met 7 ledematen, 19 monden en genietend van grove voorwerpen. De 7 ledematen: de hemel zijn hoofd, de zon zijn ogen, lucht zijn adem en lichaam, water zijn lagere organen en de aarde zijn voeten. De 19 monden: zijn zintuigen, 5 actie organen, 5 prana´s en 4 facetten van de geest (aandacht, geheugen, intellect en ego). Alles in de natuur is Vaishnavara, alles waarin de mens leeft, beweegt, werkt en ervaringen opdoet, dit alles is Vaishnavara. Het waakbewustzijn is de normale bewustzijnstoestand van de mens. De Werkelijkheid/OM gaat aan alles vooraf en drukt zich uit in unieke vormen van schoonheid in de natuur, de kunst, een kind, alles ligt besloten in Vaishnavara. Dit bewustzijn is naar buiten gericht, de wereld van vorm en naam, de openbaringsvorm van het ene leven. Wie de wereld van vorm, leven, bewegen, ontstaan en verdwijnen kan zien als een openbaringsvorm van het Ene Leven, wordt gevoelig voor de wetten van harmonie en eenheid waarop het universum rust.
In het vierde vers wordt het tweede kwart van het heilige Woord beschreven. Taijasa met de droombewustzijns-staat als zijn veld, innerlijk wetend met 7 ledematen, 19 monden en genietend van subtiele voorwerpen. De ervaringen van het waakbewustzijn worden verwerkt in de droomwereld, het droombewustzijn. De uiterlijke wereld van grof stoffelijkheid maakt plaats voor de ijlere werelden van het droombewustzijn. Nog steeds is er een ik, een dualisme. In de droom is er een bewustzijn tussen de kenner en het gekende, tussen subject en object. De ervaringen worden verwerkt, maar ook worden hier de poorten geopend voor een nog diepere toestand van het bewustzijn, een staat waarin geen dualiteit meer is, een bewustzijn waar kenner en gekende opgaan in eenheid. Deze bewustzijnstoestand wordt prajna genoemd, het veld of wereld van de diepe slaap. Prajna is de wereld zonder vorm en naam en ervaring. Wanneer iemand geen dromen ziet en geen begeerten voelt dan is er de diepe slaap. Hierin zijn alle ervaringen verenigd met het kennen herleid tot een onbepaalde massa vol zaligheid. In prajna als veld is het zelf niet langer bewust van de uiterlijke of innerlijke werelden evenals dat er geen ik-gevoel is. Hier is alleen maar Bewustzijn noch naar buiten noch naar binnen gericht. Deze wereld kent geen afgescheidenheid, geen zelfbewustzijn. Alle ervaring is geworden tot diepe, onbeweeglijke rust en vrede. Het bewustzijn is opgegaan in Eenheid en teruggekeerd tot de Bron waaruit het is voortgekomen. In Prajna zegt deze Upanishad is het Zelf; het Ene is het vele, het Ene is het Al, de goddelijke bron van het leven, het is Ishvara zegt Mandukya. Ishvara de God van het universum. Slaapbewustzijn is Ishvara dat een eindeloze oceaan van Ananda of zaligheid in zich draagt, een ondeelbaar Universeel Bewustzijn. De zieners hebben gezegd dat er nog meer is dan prajna en in vers zeven gaat het dan over Turya, het vierde veld. Dit is niet innerlijk te kennen noch uiterlijk kennend, evenmin is het een onbepaalde massa van kennis, noch van niet kennis. Hier valt niets over te zeggen het is onvatbaar, ondenkbaar, onbeschrijfbaar. Dit moet worden verwerkelijkt!!! Het gaat ons denken te boven. Het enige wat gezegd wordt is dat het ene Zelf, het Ene zonder tweede voorbij tijd en ruimte gaat en dat het onmogelijk is er iets over te zeggen. OM is dit alles, het hele universum. Dit OM is waarlijk Atman. Mandukya zegt verder: hij die dit weet gaat op in zijn Zelf het Atman, ja hij die weet…
Tot slot: waarom weten we niet dat we door OM de bron kunnen bereiken? Waarom zijn we ons niet bewust dat alles om ons heen een manifestatie is van OM? Dat ons individuele zelf geen andere plaats heeft om te Zijn of te Bestaan dan in het Zijn van Ishvara? Waarom kunnen we niet transcenderen? Waarom lijden we zo intens door een totaal verwrongen geest? Is het door de haast die ons opslokt of is het je eigen geest? Verwerkelijking vraagt om inzicht, studie, overgave, toepassing en tapas (brandende ijver). De geest moet dus worden aangepakt. Een mens heeft een hoofd, hart en twee handen. De ene mens is een denker, filosofie is zijn ding, de ander is gevoelsmatig en heeft een goed ontwikkelde intuïtie, nog een ander wil iets doen, onzelfzuchtig handelen is zijn ding. De verschillende yogapaden verschillen van elkaar door hun invalshoek. Swami Sivananda geloofde in een integrale ontwikkeling. Het hoofd, hart en de handen moeten allen worden ontwikkeld. Een eenzijdige ontwikkeling is nooit goed zei hij. Hij zei, ik geloof in OM-pathie en Sympathie. Sympathie kan wonderen doen maar wat bedoelde hij met OM-pathie? Dit woord vind je niet in het woordenboek. Er zijn allerlei pathieën; allopathie, homeopathie, osteopathie enz. Die hebben allemaal betrekking op het lichaam en de geest. Het zijn verschillende methoden om het lichaam en de geest gezond te maken. Iedere dokter zweert bij zijn eigen methode.
Er zijn veel meningsverschillen tussen de vertegenwoordigers van die verscheidene benaderingen. Iedere methode heeft voor- en nadelen.
OM-pathie daarentegen heeft niet zozeer betrekking op het lichaam en de geest, maar op dat wat achter het lichaam en de geest staat en dat wat in wezen ziekteloos en smetteloos is. Als je je vereenzelvigt met het lichaam en de geest, overkomt je alles wat het lichaam en de geest overkomt. Yoga is zich vereenzelvigen met het ziekteloze Atman. Yoga is Zijn. Ik wil je een sleutel aanbieden om te komen tot een staat van rust en stabiliteit. De sleutel die Shanti altijd hanteerde in haar lessen was namelijk: vereenzelvig je niet met de dingen buiten je, ben in het hier en nu aanwezig, ben geen doener, geen maker, geen prestatie, geen veroveren. Nee, je laat gebeuren en aanvaard wat er is en offer jezelf als niet doener maar als een stille getuige. Via dit getuige-bewustzijn wordt de vereenzelviging met het lichaam opgeheven en blijf je onberoerd van de grillen van de geest. Je kunt opgaan in jouw gevoelde gevoel in de heelheid van ervaren. Je bent dat gevoel maar je maakt het niet, je bent die heelheid van ervaren. Vanuit het getuige-bewustzijn leidt alles een eigen bestaan, drukt alles zich vrij uit en ben je bewust van de adem, de prana, het voertuig tot realisatie. Blijf bewust van de innerlijke stroom van het oneindige Zelf, je krijgt dan een overvloed van pranada (energie) die het lichaam voedt en bekrachtigd en optilt naar een hoger bewustzijn en je op kunt gaan door de klank in het klankloze.
De avond werd na de pauze afgesloten met een OM-meditatie.